tigg's blog
  • Home
  • Blog

Huismerken. Visuele communicatie uit de 6e eeuw, via de middeleeuwen tot in de 19e eeuw.

9/20/2017

0 Comments

 
Picture
Een combinatie van een gestileerde Mercuriusstaf geplaatst op een Hanepoot
Welke koe, varken, geit, schuur, land, kruiwagen, schip of ton is van mij? Hoe maak ik mijn buren duidelijk wat tot mijn bezit hoort?
​
Ik kras een kruis in de houten wand van mijn boerderij, in mijn schuur. Eenvoudig, zonder rondingen, want ik kan niet schrijven.
Maar, mijn buurman kan ook een kruis op zijn wanden krassen dus mijn ingekerfde kruis moet een herkenbaar, eigen kruis zijn. 
Dus trek ik nog een aantal lijnen van boven naar beneden, zet daar weer een streepje doorheen. En ik herhaal het teken wat daardoor ontstaat op precies dezelfde wijze op al mijn bezittingen, laat het door mijn vrouw en dochters inweven in de huisgemaakte stoffen, ik smeed het tot een brandijzer en merk daarmee mijn vee.
PictureEen halve zandloper met toegevoegde streepjes voor het nageslacht én een monogram
Huismerken vormen de heraldiek van de boer en de handelsman, maar er zijn overeenkomsten met de adelijke heraldiek:
-Het zijn persoonlijke herkenningstekens.
-Makkelijk herkenbaar en gestileerd.


Hanepoten
Huismerken vormen een alternatief voor een familiewapen. Huismerken blijven net zo als familiewapens door vererving behouden voor een geslacht. Alleen de oudste zoon erft het merk en de boerderij of het woonhuis. De erfgenamen zonder erfrecht voeren daarom een variatie van het huismerk. Die merken worden door toevoeging van streepjes, vormen en monogrammen steeds ingewikkelder.
Een van de basisvormen van het huismerk lijkt op een kippen- of hanenpoot (Hühnefuss). Dat werpt een heel ander licht op de uitdrukking; ‘hij schrijft met hanepoten’. Een eufemisme voor: hij kan niet schrijven.



Runen 
Huismerken lijken gebaseerd op Runentekens van Noord Germaanse stammen. Dat is ten dele waar, het zijn eenvoudige stileringen van alledaagse voorwerpen in vaak geometrische vormen.
Zoals o.a. een dakspar, een vlegel, duimstok, haspel, hoefijzer, mesthoop, pijl, molenrad, vork, winkelhaak en de zandloper. De vormentaal van de huismerken is beïnvloed door het Etruskische schrift, Runen, Christelijke symbolen en door monogrammen samengesteld uit Romeinse kapitalen (Capitalis Monumentalis). 

Vaak wordt het huismerk gedomineerd door een cijfer 4, soms gespiegeld afgebeeld.
Historici meenden dat dit een primitieve afleiding is van het Christusmonogram. De samenvoeging van de X en P, de Chi-Rho. De eerste letters van de Griekse naam voor Christus. Maar door onderzoek van de Berlijnse hoogleraar Dr. G.C. Homeyer, in 1870, is het duidelijk dat dit teken een Mercuriusstaf betreft. De Caduceus. Daaruit valt te concluderen dat dit merkteken waarschijnlijk door families van handelaren werd gevoerd. 
Eén van de eerste afbeeldingen van de Mercuriusstaf werd op een zerk uit 1290 in Lübeck afgebeeld.  
Door het ontbreken van regels bij het bedenken en uitvoeren van huismerken, werd in later eeuwen het Christusteken verward met de Mercuriusstaf en opgenomen in de vormentaal. Daarnaast werden er monogrammen aan toegevoegd. Kortom, er werd vrolijk aangerommeld met allerlei tekens, letters en cijfers.
Picture
Een Mercuriusstaf voorzien met toegevoegde strepen van latere generaties
Picture
Een Mercuriusstaf gecombineerd met het Chi-Rho teken
Koning Clovis, Lex Salica 
Het huismerk ontstond -met grote waarschijnlijkheid- uit het handmerk. Sinds de tijd van Koning Clovis (Lex Salica, ca. 500) en Karel de Grote moesten akten eigenhandig ondertekend worden met een persoonlijk handmerk. Het handmerk had rechtskracht en bleef op veel plaatsen in Europa tot het einde van de 18e eeuw in gebruik.
De hand- en huismerken werden ook toegepast door steenhouwers, timmerlieden en loodgieters, als een signatuur op het door hen afgeleverde werk.

Hand- en huismerken handhaafden zich vooral in redelijk autonome gebieden zoals in Ditmarschen, in het Noordduitse Sleeswijk Holstein. Tot de 16e eeuw een zelfstandige boerenrepubliek.
En heel verbazingwekkend ook in Nederlandse steden zoals Blokzijl, Zwolle en Deventer. Maar ook in Leiden en Scheveningen. Er is onderzoek gedaan naar het gebruik van Scheveningse handmerken in allerlei notariële akten in de 18 en 19e eeuw. Meer dan 500 handmerken werden geïdentificeerd. In de oude kerk van Scheveningen vond men op de vloer van grafzerken veel  ingehakte huismerken.
PictureHuismerk als onderdeel van een familiewapen, voorzien van een monogram
Huismerken zijn vrijwel alleen nog te vinden op grafzerken in de oude kerken in Nederland en Europa. Dat houdt o.a. verband met het feit dat aan het bezit van een boerderij of een huis vaak het grafrecht in de plaatselijke kerk verbonden was. Dat grafrecht vormde een onderdeel van de erfenis voor de nabestaanden. 

Op Nederlandse zerken valt ook de toenemende welstand van de boeren en handelaars te zien. In de 16e en 17e eeuw trouwden zij met vertegenwoordigers van de verarmende adel. Dat leidde tot afbeeldingen van familiewapens met huismerken als onderdeel van dat wapen. 

Ironisch: in de Franse tijd werd in het kader van de vrijheid, gelijkheid en broederschap in veel kerken alle familiewapens van de zerken gehakt. Maar de huismerken op diezelfde zerken, tekens van eenvoudige afkomst, werden vaak ongemoeid gelaten.


Meer lezen, tevens mijn bronnen:
-Symbolenwijzer, KF Treebus, University Press Amsterdam 2007
-Merken bij de vleet: De verzameling Scheveningse handmerken door N Noordervliet-Jol 1992
-Het raadsel der huismerken; proeve van verklaring van huismerken, meestertekens, grafmerken etc. HWMJ Kits Nieuwenkamp, 1955
-Haus- und Hofmarken, Dr. GC Homeyer, Berlin 1870
-Wat zeggen zij ons? Onze huis- en graftekens zijn 10.000 jaar oud. JF Overwijn 1940. 
Een tendentieus werk als onderbouwing van de Nationaal socialistische sibbekunde met ‘vertalingen’ van de merken in religieuze termen.
-Hand- en huismerken, Wikipedia

Hieronder een diaserie gemaakt in de kerken van Blokzijl, Zwolle, Deventer, Leiden en Delft.


Zwitserse antimaterie fabriek slechts bewaakt door schapen

Picture


Foto's: Jos Tigges©
​

Dit landelijke beeld met grazende schaapjes doet niet vermoeden dat in de hal op de achtergrond wetenschap wordt beoefend op het snijvlak van science fiction. 

De populaire schrijver Dan Brown suggereert in zijn bestseller Angels and Demons, in Nederlandse vertaling ‘Het Bernini Mysterie’ en de daarop gebaseerde film, dat in het Cern complex in Geneve naast onderzoek naar het Higgs Boson ook antimaterie wordt geproduceerd.  Eén gestolen druppel van dat goedje zou volgens het verhaal genoeg zijn om het hele Vaticaan in één maal weg te vagen.
Spannend leesvoer maar ver verwijderd van de realiteit. Dat dacht ik. Want tijdens een recent bezoek aan het zwaar beveiligde instituut met de grootte van een kleine stad, sta ik plots voor een hal met het onheilspellende opschrift ‘Antimatter Factory’.

 

Ik vraag mij af of het boek van Dan Brown dan tóch klopt, of dat het bord een ludieke uiting is van wetenschappers. Die voortborduren op de door het boek toegenomen belangstelling naar het -door veel mysterie omgeven- begrip antimaterie.
Beide veronderstellingen zijn waar. Zij experimenteren daar in Geneve met antimaterie, én het is inderdaad een ’tongue in cheek’ grap van de wetenschappers en hun voorlichters. Maar de productie van antimaterie is heel iets anders dan het produceren van één druppel van dat goedje. Volgens een persbericht van Cern zou het een een tijdrovende en onbetaalbare zaak zijn, ik citeer uit het persbericht:


"Small, very small quantities
Even if CERN used its accelerators only for making antimatter, it could produce no more than about 1 billionth of a gram per year. To make 1 g of antimatter - the amount made by Vetra in the movie - would therefore take about 1 billion years.The total amount of antimatter produced in CERN’s history is less than 10 nanograms - containing only enough energy to power a 60 W light bulb for 4 hours.

The cost of antimatter
The efficiency of antimatter production and storage is very low. About 1 billion times more energy is required to make antimatter than is finally contained in its mass. Using E = mc2, we find that 1 gram of antimatter contains:

0.001 kg x (300,000,000 m/s)2 = 90,000 GJ = 25 million kWh

Taking into account the low production efficiency, it would need 25 million billion kWh to make one single gram! Even at a discount price for electric power, this would cost more than a million billion Euros!"


Flauwe kul dus, wel heeft Dan Brown een zéér spannend verhaal uit zijn duim gezogen. Gezien de verkochte oplage van het boek hebben critici ongelijk. Wat is waar? Een recent verhaal in de Volkskrant licht een tipje op van de sluier. En geeft een kijk in het binnenste van die Antimatter Factory. Opwindende wetenschap omringd door schapen. Of zijn het, om in de sfeer van science fiction te blijven, gemuteerde wolven in schaapskleren?

Lees dit artikel uit de Volkskrant, De antifabriek Waar zelfs vallen vreemd is, via Blendle: 
(Plak de onderstaande regels in uw browser)
​
https://blendle.com/i/de-volkskrant/de-antifabriek-waar-zelfs-vallen-vreemd-is/bnl-vkn-20170916-8651417?campaign=social-share&source=blendle&content=blendletrending-ios&sharer=eyJpdGVtX2lkIjoiYm5sLXZrbi0yMDE3MDkxNi04NjUxNDE3IiwidmVyc2lvbiI6IjEiLCJ1aWQiOiJqb3NsZWVzdm9lciJ9

Picture
0 Comments

Ieper 2, erekerkhoven, propaganda en een mythe

11/3/2014

1 Comment

 
Foto
De zeer sobere Duitse begraafplaats Langemark in de verte de dwalende soldaten van Emil Krieger

Ieper. Rond de stad honderden begraafplaatsen uit de eerste wereldoorlog. 
Serene Engelse begraafplaatsen, waaraan Engelse architecten sinds de wapenstilstand van 1918 werkten. Grote namen als Sir Herbert Baker en Sir Edwin Lutyens, die bij hun ontwerpen de stelling hanteerden, 'Het mogen geen sombere plekken zijn'. 
Ondanks dat uitgangspunt is het rouw, vertaald in steen en tuinarchitectuur. Rouw met een vleugje triomf.


De grotere Engelse kerkhoven hebben allen naast een Cross of Sacrifice een Stone of Remembrance. Een altaar met een tekst van Rudyard Kipling; ‘Their name Liveth for Evermore. Uitgebeiteld in een speciaal ontworpen lettertype door MacDonald Gill. Dit lettertype uit Romeinse kapitalen wordt uniform op alle zerken en kerkhoven van de Commonwealth War Graves Commission over de hele wereld toegepast.
  
Bijzonder zijn twee van de vier Duitse kerkhoven niet ver van de stad Ieper. Langemark en Vladslo. Ingetogen en sober van architectuur, zonder triomfalistische elementen. Zinloosheid en treurigheid op sterke wijze voelbaar gemaakt. 
Beide begraafplaatsen bestaan uit sobere granieten zerken afgewisseld met kleine stenen kruisen en beeldengroepen. Op Langemark een groep dwalende soldaten van Emil Krieger. Op Vladslo een aangrijpend treurend ouderechtpaar van de beeldhouwer Käthe Kollwitz. Het graf van haar 18-jarige zoon ligt daar vlakbij. 
De Nazis beschouwden de beelden van Kollwitz in de jaren dertig  als 'entartete kunst' en wilden van die beelden af. 

Op Vladslo rusten 25.644 gevallenen, het ‘studentenkerkhof’ Langemark heeft 44.0000 gesneuvelden van vijf reservecorpsen. Grotendeels omgekomen tijdens het negen dagen durende zinloze offensief van oktober-november 1914, de eerste slag om Ieper. De Engelsen verloren tijdens die slag 55.000 soldaten, de Fransen 50.000.
Foto
Käthe Kollwitz: treurend ouderechtpaar. Haar zoon is enkele meters verder begraven.
FotoHonderden zerken met 20 namen per zerk...
Lopend over Langemark stuit mijn blik op een bekende naam tussen de honderden zerken met elk 20 namen. Josef Tigges. Mijn eigen naam. Wonderlijk. Wie ligt daar, wie was die musketier, een arbeider, scholier of student? In Duitse archieven is niet veel meer te vinden dan zijn sneuveldatum, 26/10/1914. Wel informatie over 'Langemarck', zoals de plaats in de Duitse oorlogsverslagen werd aangeduid. 
En dat blijkt een mythe over heldhaftig optreden van zingend aanvallende studenten. Veroorzaakt door propaganda die werd verspreid door de Duitse legerleiding. Jaren later werd het verhaal nog eens bevestigd en aangedikt door een oud ritmeester die daar streed, Rudolf G. Binding in zijn verzamelde oorlogsgedichten en dagboeken. 

Foto
De vrijwel onleesbare inscriptie op de zerk van een verzamelgraf
In zijn verslag beschrijft hij het Duitse reserveleger. Gevormd uit ongetrainde, zeer jonge en slecht uitgeruste vrijwilligers, waaronder scholieren, studenten en opnieuw opgeroepen oude officieren en onderofficieren, die de Britse linies moesten aanvallen. 
In zijn verhaal stormden de Duitse troepen in looppas en onder het zingen van 'Deutschland, Deutschland über alles' de veel beter getrainde vijand tegemoet. Aan geallieerde zijde schreef men al snel over de kindermoord bij Ieper. 
Recente berekeningen wijzen uit dat er bij die slag 'maar' 300 tot 450 van die jongeren sneuvelden.
 
Rond 1930 werd de 'Langemarck mythe' opnieuw oorlogspropaganda, waarbij de elitaire studenten werden ingeruild voor frisse 'Volksdeutsche' jongeren. In 1935 richtte Hitler, die aanwezig was tijdens de 1e slag om Ieper, in Berlijn een speciale tempel op voor de Langemarck cultus.

Langemark werd Langemarck. Een naam vergelijkbaar met Königsmack en Bismarck. Propagandistisch bood dat veel meer mogelijkheden dan de naam van het dorp Bikschote, waar de slag grotendeels plaatsvond. Bikschote, onbruikbaar in de propaganda vanwege het mogelijk negatieve rijm dat zou kunnen ontstaan: Bikschote, Deutsche Tote.
 

Bronnen en meer lezen: Kammelar & Wielinga: De mythe van Langemarck, 
Sporen van de Eerste Wereldoorlog in Berlijn. http://www.wereldoorlog1418.nl/langemarck
The Ypres Salient, First Ypres 1914, CWGC archives, London, via http://www.cwgc.org
Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge, www.volksbund.de
1 Comment

Ego, wetenschap, schrijven en slim gokken: Voltaire

10/10/2014

1 Comment

 
Foto
Opgericht door VOLTAIRE voor GOD luidt de inscriptie op de kerk, die je meteen na het betreden van een klassiek park met een enorm huis ziet. Het voormalige woonhuis van de beroemde schrijver, filosoof, wetenschapper, voortrekker van de verlichting én berekenende gokker Voltaire. Een man met een groot ego. De inscriptie draagt -opmerkelijk en ongehoord voor die tijd- de naam van Voltaire, subtiel uitgebeiteld in een groter corps dan de naam van de schepper. En dat leidde onder andere tot een opmerking van de bisschop van Parijs: ’Voltaires overschot moet op de mestvaalt geworpen worden’. Dat is niet opgevolgd. Na het uitbreken van de Franse revolutie werd Voltaire’s stoffelijk overschot in 1791 in het Parijse Pantheon bijgezet. En niet in het graf dat hij eerder aan de kerk op zijn landgoed had laten bouwen. 
Didot
Het opschrift op het kerkje dat Voltaire bouwde is uitgevoerd in een variatie van het Didot lettertype van de drukker Firmin Didot. Uiterst modern voor die tijd. Dit lettertype wordt samen met de letter van Giambattista Bodoni gezien als hét lettertype van de Verlichting. Deze Didot of ’Moderne Lettertypes’ mét schreven ontstonden in de 18e eeuw. Herkenbaar aan een groot contrast tussen dikke verticale stokken en zeer dunne horizontale schreven, het hoogtepunt van experimenten om de leesbaarheid van drukwerk te verbeteren.
FotoHet lege graf (rechts) tegen het kerkje aangebouwd. De voormalige parochiekerk op het landgoed kerk wordt niet meer gebruikt.
Wetenschap
Het paleisachtige huis en het klassieke park er omheen doen niet vermoeden dat 100 meter daaronder de 27 km lange Cern versneller-ring loopt ,waar nog maar korte tijd geleden het bestaan van het Higgs Boson werd aangetoond.
High-tech en wetenschap op het scherp van het onbegrijpelijke. Deze plaats, de tuin en het huis in Ferney Voltaire, heeft in zekere zin altijd een band gehad met vooruitstrevende wetenschap.
De bewoner, Voltaire, was de auteur van het werk Eléments de la Philosophie de Newton (uitgegeven in Amsterdam 1738) en was daarnaast met zijn minnares, de wis- en natuurkundige én schrijfster, Emilie marquise du Chatelet, zeer betrokken bij haar vertaling van het werk Principia Mathematica van Newton. Ook beschreef  Emilie in die tijd de nog onbekende infrarode straling in haar boek Dissertation sur la nature et la propagation du feu. Maar ja, een vrouw. Op de voorpagina van haar vertaling van Newton’s Principia wordt du Châtelet afgebeeld als de Muze van Voltaire, die het licht van Newtons hemelse inzichten met een spiegel aan Voltaire op aarde doorgeeft. En Voltaire durfde over haar in een brief op te merken dat du Châtelet "een groot man is met als enige gebrek dat ze een vrouw is“.
Bij zijn overlijden in 1778 liet Voltaire 22.000 brieven na. Hij schreef ongeveer 700 gedrukte werken. Maar de vraag dringt zich op: van schrijven kun je toch niet zo’n enorm landgoed onderhouden?

Foto
Foto
Voor- en achterzijde van het huis op het uitgestrekte landgoed
Foto
De Staatsloterij, toen en nu te kraken
De Nederlandse Staatsloterij staat sinds kort wegens vermeende fraude onder druk. Maar die van de Fransen van vóór de revolutie ook. Eén van de vrienden van Voltaire, de wiskundige De la Condamine, ontdekte dat de autoriteiten een enorme blunder hadden gemaakt in de voorwaarden van de Franse Staatsloterij. De prijzen die zij beschikbaar stelden waren veel meer waard dan de maximale inkomsten van de lotenverkoop. Met het opkopen van ALLE beschikbare loten kon je legaal en gegarandeerd winnen. De beide mannen stelden een syndicaat  van geldschieters samen die bijna een jaar lang via een uitgekiend systeem de maandelijkse loterij geheel opkochten en trekkingen compleet inden. Voltaire verdiende hiermee een voor die tijd astronomisch bedrag van rond de 500.000 francs. Slim beleggen van die som zorgde ervoor dat hij als onafhankelijk publicist de autoriteiten kritisch kon volgen vanuit zijn ballingsoord, veilig gelegen aan de Frans-Zwitsers grens. 

Foto
100 meter onder Ferney-Voltaire loopt de 27 km versnellerring, Large Hadron Collider van Cern (Conseil Européen pour la Recherche Nucléaire tegenwoordig Laboratoire Européen pour la Physique des Particules). Wetenschap op het snijvlak van het onbegrijpelijke, maar ook al in de tijd van Voltaire werd daar in de omgeving over vernieuwende inzichten in de wetenschap nagedacht. Hier een deeltje van de enorme detector van het CMS project. Foto gemaakt tijdens de bouw in 2005.
1 Comment

Ieper 1, Een echte held

7/16/2014

5 Comments

 
Foto
Picture

Wandelend over de kerkhoven uit de eerste wereldoorlog ontstaan vele vragen over de slachtoffers die daar zijn begraven. Tijdens een bezoek aan het kleine 'Brandhoek New Military Cemetery’ vlakbij Ieper viel mij een groepje Engelse oud-officieren op. Zij bleven lang staan bij een zerk met daarop tweemaal het Victoria Cross. De hoogste Engelse onderscheiding, enigszins vergelijkbaar met de Nederlandse Militaire Willems Orde. Maar die -voor zover mij bekend- in Nederland nooit tweemaal aan dezelfde held werd verleend.











Die Engelse officieren vertelden mij waarom nu juist déze held het VC tweemaal ontving.

Captain Noel Godfrey Chavasse, VC and Bar, MC, RAMC, was een zoon van de Angelicaanse Lord Bischop of Liverpool, 32 jaar oud en lid van het Royal Medical corps. 
In zijn jonge jaren vertegenwoordigde hij samen met zijn tweelingbroer Engeland 
op de 400 yards tijdens de Olympische spelen. Hij volgde een studie tot arts en diende na het uitbreken van de oorlog in het Army Medical Corps toegevoegd aan het Liverpool Scottish Regiment, dat al snel werd ingezet aan de Somme. 

Tijdens een aanval in 1916  bij Guillemont (Somme) verzorgde hij, onder constant vuur van de vijand een hele dag gewonden, de nacht daarop ging hij de linies in om vlak vóór de vijand gewonden te zoeken en te verzorgen. Ook de dag erna ging hij nogmaals met één brancarddrager naar de gevaarlijkste loopgraven en begroef onder zwaar kanonvuur 2 doden en verzamelde identiteitsplaatjes van slachtoffers die niet verplaatst konden worden. 
Terwijl hij tijdens zijn reddingswerk gewond raakte door een granaatsplinter in zijn zij, leidde hij ’s nachts opnieuw een groep van 20 vrijwilligers tot in de voorste linies van het slachtveld. Waarbij hij meer dan 23 zwaargewonden redde onder aanhoudend vuur.

Zijn tweede VC ontving hij postuum na zijn optreden in Passchendale bij Ieper 1917. 
Zwaar gewond geraakt tijdens een reddingsactie weigerende hij twee dagen lang zijn plaats in het veldhospitaal te verlaten. Sterker nog, de volgende dagen bleef hij onder vijandelijk vuur gewonden zoeken en verzorgen. Ondanks een tekort aan voedsel en zwaar uitgeput redde hij veel gewonden die door het aanhoudende slechte weer ongetwijfeld op het slagveld zouden zijn gestorven.
 
Hij stierf korte tijd later aan zijn verwondingen. Een toevalligheid: Chavasse werd op zijn sterfbed begeleid door de arts Arthur Martin-Leake die als een van de weinigen tweemaal met het VC was onderscheiden. De eerste maal al tijdens de Boerenoorlog in Vlakfontein (Transvaal 1901) en bij Zonnebeke in 1924. 

De uitgebeitelde tekst op het graf van Chavasse spreekt voor zich: 
Greater love hath no man than this that a man lay down his life for his friends
(Bron CWCG)

Foto
5 Comments

Benidorm horror?

5/31/2014

2 Comments

 
Foto
Foto
Vanuit de bergen bij Altea is het een imposant gezicht: wolkenkrabbers aan de horizon. Zelfs valt een dubbele toren te ontwaren. Nieuwsgierig dichterbij gekomen blijken maar weinig gebouwen te voldoen aan eisen als allure, schoonheid of vernieuwende architectuur.
De massaliteit, de schaarse ruimte tussen de bebouwing aan de boulevard aan zee zorgt ervoor dat je -soms aanwezige- mooie detaillering van gebouwen niet kunt zien.

De stadsplanning is onthutsend. De mens is zoek tussen het bouwgeweld, door de slechte balans tussen hard (de bebouwing) en zacht (de mensen, groen). In de eenvoudige wijken ontbreken soms balkons of terrassen aan de torenflats. In de betere wijken ligt veel ongebruikt land tussen de torens, hier en daar opgevuld met een golfbaan of winkelcentrum. De ruimte tussen de gebouwen aan de periferie heeft geen functie. Terwijl juist in de gebieden tussen de gebouwen de mensen elkaar zouden kunnen ontmoeten in parken, plantsoenen of sportgelegenheden. Stadsplanning vraagt supervisie, die lijkt hier te ontbreken. Vreemd dat op internationale bouw-symposia architecten prijzen worden toegekend voor bouwen met visie aan deze stad. En het kan zoveel beter in Spanje, kijk naar Valencia. 

(De hieronder volgende foto's zijn één voor één op te roepen.)

Door het voordeel van het prettige klimaat en de vele zonuren door alle seizoenen telt Benidorm per jaar evenveel overnachtingen als Londen. Voor betaalbare prijzen, ook voor kleine beurzen. In de wintermanden ontwaar je veel blije, noord-Europese grijze overwinteringshoofden tussen het beton van de wolkenkrabber-badplaats.

Een aantrekkelijk oord dus? Zo’n agglomeratie heeft zijn voordelen; complete winkelcentra voor fun shopping, horecabedrijven met thematische nering (Engelse Pub, Hollands café of  ’Jubel, Trubel, Heiterkeit, Deutsche Kneipe mit imbiss’. De Hollandse bakker en haringboer komen er dagelijks. Artsen en privéklinieken doen er goede zaken.
 
Europa lijkt in Benidorm te zijn teruggebracht tot een verwarrend Madurodam aan zee. Zou Europa zich op dezelfde wijze ontwikkelen als de stadsplanning en architectuur van deze internationale enclave, dan vormt dit een een somber vooruitzicht. 

Benidorm met, als hoogtepunt van verslagen projectontwikkelaars-hoogmoed, een leegstaande tweelingtoren. Het gebouw ziet er uit als de figuur in het schilderij van de Utrechtse  surrealist Jan Moesman, ’De aangekomene’. 
Een lichaam zonder bovenlijf en hoofd aan een desolate kust. 200 meter hoge bouwellende wacht op nieuwe investeerders en gebruikers. Benidorm surrealistisch?
De website van het Utrechtse Centraal Museum toont een afbeelding van het schilderij van Jan Moesman, aanwezig in de collectie van het museum. Een bezoek waard.
Foto

2 Comments

Zeemansgraf of laatste ligplaats

4/15/2014

0 Comments

 
Foto
Foto
Volgens insiders vertoont het uitvaart ritueel onder de oorspronkelijke inwoners van Bonaire exotische trekken. Een limousine met het stoffelijk overschot zal nooit achteruit rijden, de overledene ligt altijd met de voeten richting chauffeur en bij het passeren van het woonhuis wordt een emmer water over de auto geleegd. Resten van oud geloof vormen hiervoor de aanleiding. 

De begraafplaats Kralendijk is de plek waar vooral over voldoende geld beschikkende inwoners van het eiland hun verbondenheid met hun overleden dierbaren etaleren. Door een combinatie van religieuze en profane symbolen. De traditionele grafmonumenten zijn over het algemeen het meest stijlvol. Daarnaast is een aantal voorzien van pictogrammen die de liefhebberijen van de persoon laten zien. Complete grafmonumenten zijn in enkele gevallen geheel in badkamer tegels uitgevoerd. Onder de tropische zon een duurzame oplossing ter vervanging van marmer. Andere monumenten zijn opgesierd met vrolijke kleuren, plastic bloemen, porseleinen vaatwerk of allerlei Christelijke ornamenten. Niet zoveel verschil met de begrafeniscultuur in de zuid Europese landen, eigenlijk.

Foto
Totdat je tussen die opgewekte rouw een primitieve verbeelding van een sleepboot ontdekt. Uitgevoerd in vrolijke maritieme kleuren. Het schip heeft zijn laatste ligplaats gekregen tussen de zerken. Het monument is op een beperkt oppervlak uitgevoerd met eenvoudige, beeldende middelen. Vanuit een massale blokkendoos is met flair de illusie geschapen van een schip. De geschilderde aanduiding van ruiten, patrijspoorten en golven is effectief, je kunt er niets anders dan een sleepboot in zien. Er spreekt gevoel voor effect uit, het zou door een reklameschilder (bestaan die nog?) gemaakt kunnen zijn. 
Misschien laat de ware volksaard hier zich wel zien, losgezongen van oude religieuze symbolen. 

Eén vraag doet zich voor: is dit nu een monument voor een sleepboot of voor een overleden kapitein, stuurman, ketelbinkie of misschien een sleepboten liefhebber?

Foto
0 Comments

Beelden aan -de Caribische- zee

4/8/2014

0 Comments

 
Foto
Foto
Bonaire, de tweebaansweg met de prestigieuze naam ’EEG Boulevard’ voert rond een desolaat gebied in het zuiden van het eiland. Vanuit Kralendijk aan de westkust zie je vanaf Flamingo Airport voortdurend de zee aan de rechterkant. Het enorme pekelmeer links, dat tot aan de zuidpunt reikt, is alleen maar interessant door zijn uitgestrektheid. En het door algen en bacteriën rood gekleurde water naast de witte verdampingsvlakten waar grote bulldozers het zout bijeen schuiven tot enorme piramides. Enkele roze flamingo’s breken het eentonige, van warmte zinderende landschap. Verboden toegang, naast de zoutwinning is het gebied voor een deel ingericht als vogelreservaat. De kust is vlak en bestaat voornamelijk uit wit geblakerd dood koraal. In combinatie met de woeste golven mooi maar eentonig.  

Foto
Foto
Voordat de weg vanuit het uiterste zuiden weer naar het noorden voert passeer je enkele vrolijk gekleurde obelisken en een tiental slavenhuisjes. Stenen tenten waar de voormalige slavenarbeiders ver van hun gezinnen de werkweek doorbrachten. 
Na het ronden van de zuidpunt bij de vuurtoren verandert langs de oostkust de kleur van het dode koraal naar grijs, zwart en bruin, vermengd met gigantische hoeveelheden aangespoeld drijfhout. Tot aan de Lacbaai is er niets dan vlakke, lege woestenij met wat struiken, flamingo’s, ezels en geiten. 
Een verlatenheid die passerende bezoekers drijft tot het achterlaten van tekens, opgebouwd uit het ter plekke aanwezige materiaal. Hunebedden zonder rituelen die het bezoek van de makers moeten onderstrepen. Stenen wachters aan een vreemde kust. 

’Dat is de stapel van Willem’, sommige eilandbewoners weten precies welke van hun gasten de vakantie met een ludiek gestapelde handtekening onderstreepten. 
Er wordt selectief gebouwd; sommigen werken in drijfhout, anderen strikt in steen. Een enkele maal in combinatie van de twee materialen. ’Ik stapel dus ik ben’. 

Creativiteit veroorzaakt creativiteit, voorbijgangers vullen de houten stapels aan met achtergelaten slippers, schoenen, touw en zwerfplastic. En dat leidt tot verassende composities die in de avant-gardistische musea en art galleries van het rijke westen niet zouden misstaan. Een curieus spoor van anonieme scheppers, dat langzaam door de zee wordt genivelleerd. 



0 Comments

Vergeten slachtoffers van de eerste wereldoorlog

3/9/2014

1 Comment

 
Foto
Foto
Noord-Frankrijk tussen Duinkerken en Lille. Soms vlak, zoals rond Duinkerken, soms licht golvend of zelfs heuvelig als bij Cassel en de Mont des Cats. Een streek met een interessante geschiedenis want eeuwenlang trok vrijwel elke oorlog er zijn sporen.

Wandelend rond Ruminghem stuit ik op een afgelegen begraafplaatsje uit de 1e wereldoorlog. Omgegeven door zompige kleigrond. Verbazing, de 75 grafzerken van dit Britse kerkhof dragen Chinese namen en karakters.

Bij de ingang een ingemetselde steen met de naam van het  ’Ruminghem Chinese Cemetery’. Uitgevoerd in perfect uitgehakte Romeinse kapitalen. Dat lettertype wordt rond 1918 ontworpen door Macdonald Gill, een broer van Eric Gill, de  beroemde letterontwerper. Op de zerken is te lezen: Chinese Labour Corps. En dat staat voor ongeveer 100.000 Chinese arbeiders die tijdens de eerste wereldoorlog werken voor het Britse leger. En met name in Noord Frankrijk.

Foto
Foto
Géén soldaten maar burgerpersoneel afkomstig uit Port Edward (Weihai en Qingdao). Het corps verricht allerlei zwaar werk zoals het maken van loopgraven, repareren van wegen, zandzakken vullen, aanleg van spoorwegen en mijnopruiming. Voor een dagloon van 1 franc voor 10 uur per dag. Daarnaast krijgen zij uniformen, voedsel, behuizing en medische verzorging. Er sneuvelen volgens Engelse gegevens 2000 arbeiders van het Chinese Labour Corps tijdens hun inzet in Frankrijk en België. 
Daar zijn ongeveer 45 verspreide begraafplaatsen waar die Chinese burgers zij aan zij met andere soldaten zijn begraven. Kerkhoven voor alléén Chinezen zijn te vinden in Ruminghem, Saint Etiënne au Mont en in Noyelles sur Mer. Het Britse oorlogskerkhof van Noyelles, zo’n 840 zerken, is voorzien van een een Chinese toegangspoort. 

Foto
Ik lees op 34 van de 75 aanwezige zerken van Ruminghem dat de overlijdensdatum ná de wapenstilstand van 1918 heeft plaatsgevonden. 
In mei 1919, 6 maanden na de wapenstilstand, zijn 80.000 Chinese arbeiders nog steeds niet gedemobiliseerd en gewoon aan het werk. Opruimen van de oorlogsravage. Het aanleggen van begraafplaatsen, het ruimen van explosieven. De soldaten mogen naar huis, de goedkope Chinese arbeiders moeten eerst het werk afmaken. 

Een deel van die mensen leert letters hakken, opschriften voor de vele grafzerken van Portland stone die in België en Frankrijk nodig zijn. Per zerk kost dat 1 dag werk voor één man. 
Van de totaal 2000 gestorven Chinezen bezwijken de meesten aan de Spaanse griep H1N1. De epidemie die in 1918 en 1919 hard toeslaat in Noord Frankrijk. Maar deze gevallen burgers zijn wel respectvol met militaire eer begraven, ver van hun dierbaren. 

Meer lezen? http://www.forumeerstewereldoorlog.nl/viewtopic.php?t=3876


Foto

1 Comment

Kleine geschiedenis; Voorburgse sporen in Noord Frankrijk

3/2/2014

3 Comments

 
'Je bent niet de eerste Nederlander die hier neerstrijkt’ zei een plaatselijke amateur-historicus, enkele jaren geleden in Saint Omer. ’Eind 1700 verbleven hier in de Pas de Calais duizenden landgenoten van je. En die kregen óók nog eens een uitkering van de Franse koning. Les Bataves’. 
FotoSpreekbuis van de patriottische opstand..
Het was een opmerking om uit te zoeken. 
Het bleken uitgeweken patriotten na de inval van Pruisische troepen in Nederland. Die Pruisen kwamen in september 1787 naar ons land als reactie op de vernederende behandeling die de Pruisische prinses Wilhelmina, echtgenote van stadhouder Willem V had ondergaan bij Goejanverwellesluis. Terwijl zij een mislukte poging ondernam om de opstand van de patriotten te af te remmen.


Met hulp van die buitenlandse troepen werd de opstand door de orangisten neergeslagen. De reactie tegen de patriotten was keihard: volksgerichten met als slachtoffers diegenen die een nieuwe, democratische bestuursvorm in Nederland wilden vestigen. Alle patriotten van hoog tot laag moesten vrezen voor hun leven en bezittingen.

De Franse regering onder koning Louis XVI, ingefluisterd door Hollandsche adviseurs zag een kans. Die uitgeweken patriotten ofwel Kezen zouden met hun hun kennis van polderbeheer en visserij, gekoppeld aan de Hollandse handelsgeest, het achtergebleven Noord Franse gebied nieuw economisch leven inblazen. Daarom ontvingen alleen al rond de Stad St. Omer meer dan 1000 vluchtelingen een regelmatige uitkering van de Franse staat.
 
Onder die vluchtelingen bevonden zich de voormannen van de patriottische revolutie als Daendels en Fijnje. De een was militair, de ander uitgever/hoofdredacteur van de Hollandsche Historische Courant uit Delft én gehuwd met Emilie Luzac. Zijn krant vormde een belangrijke spreekbuis van de patriotten.

Foto
FotoTriest spoor van Emilie Fijnje-Luzac. Haar overlijdensakte in het gemeentearchief van Saint Omer.

De naam Emilie Fijnje-Luzac vond ik na enig zoeken terug in het gemeentearchief van Saint Omer. Het was haar overlijdensakte, ondertekend door bekende patriotten als de lettergieter Mappa, Valckenaar en haar weduwnaar Wybo Fijnje.
 
In het najaar van 1787 vluchtten zij. Met achterlating van alle bezittingen, waarover Emilie Fijnje-Luzac in haar brieven aan familie in Holland schreef.  Aangrijpende verhalen over haar vlucht en de achtergelaten huizen en drukkerij. Die brieven zijn verzameld in een zeer lezenswaardig boek: Mijne beslommerde Boedel. 
Zij bezaten naast hun woning in Delft een mooi buiten langs de Vliet in Voorburg: Vlietenburgh.

Haar boedel in Delft en Voorburg zou zij nooit meer terugzien. Zij overleed, weggekwijnd door heimwee en verdriet op het ’kasteel’ van Watten, een plaatsje op 11 km gaans van Sint Omaars. Dat enorme huis vormde een soort commune van uitgeweken kopstukken van vooraanstaande patriotten. Waaronder ook de latere generaal Daendels. Zij woonden er ruziënd bij elkaar. 
De minder welgestelde vluchtelingen werden gehuisvest in een kazerne in Sint Omaars. En ook daar trokken de ruzies over politiek en de verdeling van de toelagen hun diepe sporen. Ondanks de hoge verwachting van de Franse regering; tot werk of ondernemen kwamen die Hollanders nauwelijks. De uitkeringen van de Franse staat stopten zo’n jaar na het uitbreken  van de Franse revolutie.

Uiteindelijk keerden de patriotten en masse weer terug naar de noordelijke Nederlanden. Velen als officieren en soldaten in het Bataafs legioen van het Franse leger, onder leiding van brigadegeneraal Daendels. Wybo Fijnje werd door Lodewijk Napoleon enige tijd na zijn terugkeer benoemd tot hoofdredacteur van de nieuwe Bataafsche Staatscourant. Of hij ooit is teruggekomen in Voorburg op Vlietenburgh is niet bekend.


Foto
De ruïne van het kasteel van Watten waar Emilie in de boerderij rechts overleed. Het kasteel was gebouwd op de resten van een oud klooster. Er zijn vage restauratieplannen. Hieronder het toegangshek van haar buiten Vlietenburgh in Voorburg.
Foto
FotoBateau d'Hollande in de Rue de Dunkerque; beurtschippers of patriotten?
De akten in het gemeentearchief van Saint Omer vormen vrijwel de enige sporen van de Hollandse vluchtelingen in Saint Omer. Het protestantse kerkhofje waar veel van hen werden begraven is verdwenen. Alleen een gevelsteen in de Rue de Dunkerque verwijst nog naar de Hollanders die hier ooit verbleven… 

Bronnen (en veel meer informatie):
Bataven! Nederlandse vluchtelingen in Frankrijk 1787-1795, van Joost Rosendaal
Mijne beslommerde Boedel, brieven in ballingschap 1787-1788, van Emilie Fynje Luzac 
Patriotten en bevrijders, revolutie in de noordelijke Nederlanden 1780-1813, van  Simon Schama 

3 Comments

Spaanse kleuren voor sombere maanden

2/17/2014

0 Comments

 
Januari, grijs, grauw, somber. Een onbestendig verlangen naar zon en kleur, in deze maanden in ons land moeilijk te vinden. Daarom zomaar wat opwekkende kleuren uit Spanje. Een eenvoudige kleurtherapie om de flarden van de Hollandse januari-somberheid te verdrijven.
0 Comments
<<Previous

    Over mijzelf,

    Na een opleiding  aan de Koninklijke Academie van Beeldende kunsten was ik betrokken bij de restyling van enkele kranten zoals Het Rotterdamsch Nieuwsblad en De Staatscourant. Daarna startte ik een succesvolle studio voor klanten als Ahold, Albert Heijn, Schiphol, het Elektriciteits--bedrijf Zuid Holland en het Voorlichtingsbureau Vlees. Voor deze en andere opdrachtgevers verzorgden wij magazines, personeelsbladen en alle grafische uitingen die een organisatie nodig heeft. Ons uitgangspunt was de institutionele communicatie.
    © Fotografie: Alle foto's zijn van mij, uitgezonderd de foto's waarbij expliciet de naam van de maker vermeld is. 

    Archives

    September 2017
    November 2014
    October 2014
    July 2014
    May 2014
    April 2014
    March 2014
    February 2014
    January 2014
    November 2013
    October 2013
    September 2013

    Categories

    All

    RSS Feed

Proudly powered by Weebly