De massaliteit, de schaarse ruimte tussen de bebouwing aan de boulevard aan zee zorgt ervoor dat je -soms aanwezige- mooie detaillering van gebouwen niet kunt zien.
De stadsplanning is onthutsend. De mens is zoek tussen het bouwgeweld, door de slechte balans tussen hard (de bebouwing) en zacht (de mensen, groen). In de eenvoudige wijken ontbreken soms balkons of terrassen aan de torenflats. In de betere wijken ligt veel ongebruikt land tussen de torens, hier en daar opgevuld met een golfbaan of winkelcentrum. De ruimte tussen de gebouwen aan de periferie heeft geen functie. Terwijl juist in de gebieden tussen de gebouwen de mensen elkaar zouden kunnen ontmoeten in parken, plantsoenen of sportgelegenheden. Stadsplanning vraagt supervisie, die lijkt hier te ontbreken. Vreemd dat op internationale bouw-symposia architecten prijzen worden toegekend voor bouwen met visie aan deze stad. En het kan zoveel beter in Spanje, kijk naar Valencia.
(De hieronder volgende foto's zijn één voor één op te roepen.)
Een aantrekkelijk oord dus? Zo’n agglomeratie heeft zijn voordelen; complete winkelcentra voor fun shopping, horecabedrijven met thematische nering (Engelse Pub, Hollands café of ’Jubel, Trubel, Heiterkeit, Deutsche Kneipe mit imbiss’. De Hollandse bakker en haringboer komen er dagelijks. Artsen en privéklinieken doen er goede zaken.
Europa lijkt in Benidorm te zijn teruggebracht tot een verwarrend Madurodam aan zee. Zou Europa zich op dezelfde wijze ontwikkelen als de stadsplanning en architectuur van deze internationale enclave, dan vormt dit een een somber vooruitzicht.
Benidorm met, als hoogtepunt van verslagen projectontwikkelaars-hoogmoed, een leegstaande tweelingtoren. Het gebouw ziet er uit als de figuur in het schilderij van de Utrechtse surrealist Jan Moesman, ’De aangekomene’.
Een lichaam zonder bovenlijf en hoofd aan een desolate kust. 200 meter hoge bouwellende wacht op nieuwe investeerders en gebruikers. Benidorm surrealistisch?